Jaarboek

Het is oorlog

NRC Handelsblad, 29 november 2003

Door Tom-Jan Meeus

Op het platteland woedt een stille oorlog van dierenactivisten tegen de bio-industrie en proefdierlabs. De methoden verharden en de politie krijgt geen greep op de daders. Deskundigen voorzien dodelijke slachtoffers. Hoe kon het zo escaleren? Reconstructie van 25 jaar Dierenbevrijdingsfront: de dubbelrol van de officiële organisaties, het eerste geweld en een Haagse volksjongen die de zaak op scherp zette.

Het kan nu wel gezegd worden. Henny Velthorst is een van de grondleggers van het Dierenbevrijdingsfront. Ze is vijftig jaar inmiddels, en nog steeds vol vuur over haar ondergrondse jaren. Bijna tien jaar reisde ze ‘s nachts, bivakmuts bij de hand, door het land om dieren te bevrijden, diefstal te plegen, de vleessector te ontregelen. Toen ze moeder werd, in 1987, moest ze ophouden. Bij haar laatste actie, een inbraak in een veilinghuis van pelsdierhouders, was ze zeven maanden zwanger. Maar nu de opvoeding van haar kind vrijwel is voltooid, wil ze terug naar het front. ‘Doorgaan waar ik gebleven ben’, zegt ze. ‘Het is nog steeds oorlog.’

Daarom wil Henny Velthorst, opnieuw, ‘klappen uitdelen. Aan McDonald’s – omdat ze met dieren omgaan als industriegoederen en door de schandalige boskap. Aan de minister van Landbouw – omdat hij het honden- en kattenbesluit wilde intrekken. Wie dat doet, is voor mij de vijand. Die verdient het een klap te worden toegebracht.’ Een medegrondlegger van het Dierenbevrijdingsfront, die het gesprek bijwoont – hij wil niet in de krant omdat anders zijn baan in gevaar komt – zegt een paar keer dat Henny Velthorst op haar woorden moet passen. ‘Ik begrijp dat ik met deze uitspraken problemen kan krijgen’, zegt ze. ‘Dat moet dan maar.’

Rattengif

(…) In 1983 zijn er geruchten dat het Dierenbevrijdingsfront een bomaanslag beraamt. Rond kerst 1983 bluft het DBF in een brief dat supermarktvlees is geïnjecteerd met rattengif (bewindslieden houden met de kerst de wacht op hun ministerie), een jaar later bestaat het plan om bij restaurants met wild op de kaart stinkbommen van boterzuur naar binnen te gooien. De politie begint een onderzoek, medio 1985 worden op diverse plaatsen in het land een kleine twintig arrestaties verricht. Als later in de media doorschemert dat veel van de arrestanten Lekker Dier-mensen zijn, reageert de club formeel: het bestuur was niet op de hoogte, het is Lekker Dier niet aan te rekenen dat medewerkers de illegaliteit zijn ingestapt. Een trucje. Tot de arrestanten behoren ook bestuursleden, onder wie de penningmeester (die een bekentenis aflegt). ‘Een deel van het bestuur wist natuurlijk wel wat er gebeurde. Ik ook’, zegt De Kok nu. Tekenend is dat medewerkers bij Lekker Dier niet worden ontslagen als hun DBF-werk bekend wordt. ‘Zoals de hele maatschappij had ons bestuur ook een zekere waardering voor het DBF.’

Ook mensen uit de Dierenbescherming doen in het Dierenbevrijdingsfront mee. Volgens Fred Hess gaat het om bestuurders van lokale afdelingen. ‘Twee van hen zijn in de jaren negentig in het landelijke bestuur van de Dierenbescherming gekomen.’ Formeel is de landelijke Dierenbescherming destijds, net als nu, tegen elke wetsovertreding: ze keurt het DBF ondubbelzinnig af. ‘De Dierenbescherming zei dat de achterban onze acties onwenselijk vond, maar dat was niet waar’, zegt Henny Velthorst. Ze legt uit dat de DBF-acties elk jaar twintigduizend tot dertigduizend gulden kostten. Dat geld wordt vooral door lokale afdelingen van dezelfde Dierenbescherming betaald. ‘Ik denk dat lokale afdelingen van de Dierenbescherming zestig tot zeventig procent van ons jaarbudget in de jaren tachtig financierden.’

(…) Typerend is volgens Hess een DBF-actie in 1987, de eerste in de geschiedenis waarbij het Front overgaat tot geweld. Het draait om een veilinghuis van de pelsdierhouders, Hudson’s Bay, in Nederasselt. Het Dierenbevrijdingsfront wil daar de administratie weghalen, zodat de bonthandel wordt ontregeld. Als ‘s avonds rond zevenen nog één man op kantoor is, rijdt een busje met tien man, onder wie Henny Velthorst en Geoffrey Deckers, het terrein op. Deckers, pas achttien jaar, belt aan en vertelt de administrateur dat hij een pakje komt afleveren. Deckers loopt terug naar de bus en slaat op de schuifdeur, waarna negen man met bivakmuts het pand binnenstormen. De administrateur wordt overmeesterd, krijgt een zak over zijn hoofd, handboeien om, ze slepen hem op de trap naar boven, en zetten hem onder bewaking in een aparte kamer, terwijl de actievoerders de administratie in zakken doen en computers vernielen. De administrateur, Sepp Kors, loopt geen letsel op maar leeft na de actie nog jaren in angst ‘Ik heb vele, vele nachten wakker gelegen.’

Apenhel

(…) Vrijwel meteen na de oprichting richt Een Dier Een Vriend (EDEV) bijna alle energie op het primatencentrum BPRC. Deckers zelf is eerder in ‘de apenhel’ geweest, ook krijgt EDEV via-via actuele informatie over de interne gang van zaken. De krappe behuizing van de apen is overigens ook bij het BPRC al jaren een punt van zorg. Maar er is geen geld.

De start van de EDEV-campagne tegen het BPRC gaat volgens Bontrop gelijk op met de illegale acties. Het doet sterk denken aan de Britse acties tegen Huntingdon Life Sciences (HLS), waar formeel protest ook is gecombineerd met een jarenlange intimidatie van medewerkers. ‘Een aantal dierenbeschermers heeft besloten: we pakken ze zoals Huntingdon is gepakt’, zegt Bontrop.

De acties van Een Dier Een Vriend tegen het BPRC krijgen in 2001 de wind in de rug. Wim de Kok, oud-DBF’er en ex-voorzitter van Lekker Dier, smeedt op Brits verzoek een coalitie van Nederlandse en Engelse clubs om de strijd tegen het BPRC te verhevigen. Het centrum moet dicht, is het doel, anders dient in ieder geval het proefdiergebruik van chimpansees te stoppen. De Kok slaagt erin radicale en gematigde Britse organisaties bijeen te brengen (PETA Engeland bijvoorbeeld), en doet hetzelfde in Nederland. Hier treden behalve EDEV ook de gematigde Dierenbescherming en Proefdiervrij toe. De Kok zegt nu de coalitie te hebben gevormd om alle partijen ‘tot matiging’ te brengen. Dat lukt met EDEV blijkbaar niet helemaal, beaamt hij: de link met Actiecampagne Koen blijft – althans tot gisteren op de website – bestaan, en Deckers vindt nog steeds dat Bontrop op een bord in zijn tuin `apenbeul’ genoemd mag worden. Deckers laat overigens weten dat alle coalitiepartners altijd hebben geweten van de EDEV-acties waarvan zij nu afstand nemen. Maar de coalitie bereikt wél een van zijn doelen – dankzij EDEV. Deckers weet in 2001 SBS-crack Willibrord Frequin met camera het BPRC binnen te smokkelen. Op tv is te zien hoe Deckers Frequin per telefoon aanwijzingen geeft welke delen van het complex hij moet bezoeken. Er volgt een dramatische uitzending vol van apen met droevige ogen, en de toestand bij het BPRC is nationaal nieuws. De coalitie is nu meteen welkom op het ministerie van OC&W. Kort erna besluit het kabinet het chimpansee-onderzoek in het BPRC te stoppen.

Vergoelijkt

(…) Vraag is of gematigde organisaties als de Dierenbescherming en Proefdiervrij, door samen te werken met EDEV, niet opnieuw strijdmiddelen hebben vergoelijkt die zij zeggen te verwerpen. Ze zijn niet verantwoordelijk voor de werkwijze van EDEV, claimen ze. Maar inmiddels zitten ze in hun maag met de samenwerking met EDEV. ‘Misschien hadden we EDEV er achteraf uit moeten zetten’, zegt Wim de Kok. ‘Het doorklikken naar Koen is onaanvaardbaar.’ Dat is al jaren bekend. Is hier misschien gewerkt met de aloude strategie van het DBF: extreme acties inbouwen om de pressie op de overheid te vergroten? ‘Ik kan me voorstellen dat je dit denkt. Het heeft misschien ook zo uitgepakt. Maar het was niet zo bedoeld’, zegt Wim de Kok.

Inmiddels staan nieuwe mensen klaar om Geoffrey Deckers op te volgen. Tekenend is de gang van zaken bij een recent bezoek aan Nederland van de Amerikaanse dierenactivist Rod Coronado, die in de VS talrijke brandstichtingen claimt. In een kraakpand in Utrecht, zegt Deckers, hoorde hij het verhaal van deze nieuwe cultheld onder de dadergroep aan: Coronado verheerlijkt brandstichtingen. Volgens hem heeft een brand op het domein van een `dierkweller’ niet alleen het voordeel van een economische slag, maar bovendien een ‘zuiverende werking’ op mens en maatschappij.

(…) Interne analyses van de politie maken duidelijk dat economische oorlogsvoering – vernielingen, brandstichtingen – steeds vaker ook worden toegepast door de `middengroep’ van 500 à 600 activisten: het lijken doorsnee actiemiddelen te worden. Een verdere radicalisering ligt volgens alle betrokkenen in het verschiet. Potentiële gedupeerden worden daar ook voor gewaarschuwd door de politie en de AIVD. Socioloog en historicus Bernd Timmerman, ex-adjunct-directeur van de Dierenbescherming en bezig met een proefschrift over dierenactivisme, voorspelt al sinds 2001 dat er doden gaan vallen. Het komt mede, denkt hij, doordat de legale organisaties geen relatie met de radicalen meer hebben. ‘Het isolement van de radicalen en het groeiende dierenleed zijn een voldoende gevaarlijk mengsel om te verwachten dat bij mensen het knopje om zal gaan. Ik houd mijn hart vast.’

Gerelateerde artikelen

De alweer vijftiende editie van het VVOJ Jaarboek Onderzoeksjournalistiek is vrijdag 6 april gepresenteerd tijdens de Avond van de Onderzoeksjournalistiek in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam. In deze jubileumuitgave een speciaal katern met kleurenfoto’s waarop ANP-fotografen een jaar onderzoeksjournalistiek in beeld brengen.
Voor haar Jaarboek Onderzoeksjournalistiek 2017 zoekt de VVOJ een eindredacteur. Ben jij een ervaren bladenmaker? Heb je een scherpe eindredactionele blik? Ben je lid van de VVOJ en beschik je over de talenten die nodig zijn om een enthousiaste vrijwillige redactie te begeleiden? Lees dan vooral verder.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk