Kenniscentrum

“We houden van lijstjes, lezers ook”

Quote-redacteur Jordy Hubers verzamelde de hypotheken van de ministersploeg. Over de impact van een half paginaatje

Vruchtbaar journalistiek onderzoek hoeft niet altijd weken of maanden te duren. Of klauwen met geld te kosten. In een dag of twee trok Quote-redacteur Jordy Hubers (1984) de hypotheekgegevens van de huidige ministersploeg uit het Kadaster. Het top 11-lijstje ‘Hoe woont de wetgevende macht’ werd zomaar landelijk nieuws. “Onze server stond te roken.” Niet gek voor een stukje van amper een halve pagina, dat ook eigenlijk maar toevallig tot stand was gekomen.

Tekst: Arno Kersten, 20 maart 2011

Begin februari zat Hubers (Twitter, portfolio) door een stapeltje oude Quotes te bladeren. In één van die nummers stuitte hij op het onderzoek uit 2010 naar de onderkomens van de ministersploeg van Jan Peter Balkenende. “Dat was toen vrij stevig aangepakt. We zijn met een fotograaf rondgereden en hebben die huizen op de foto gezet. Dat is toen eerst op de website gepubliceerd en daarna groot in het blad geplaatst.”

Een mooie productie, maar veel respons leverde het niet op. “Terwijl we dachten: dit kan nog wel eens voor gedoe zorgen over de privacy.” Tijdens een vergadering voor de rubriek Bijzaken begin februari stelde Hubers voor om het nu nog eens dunnetjes over te doen met de nieuwe ministersschare. ‘Maar vorig jaar is het ook niet opgepikt’, was de logische reactie. “We hebben besloten om het toch te doen. We houden van lijstjes, lezers ook. We hebben het verder simpel gehouden en ook geen foto’s laten maken.”

En altijd actueel, dat h-woord. Want welke ministers hadden nou ook flink hogere hypotheken dan je op basis van de koopsom zou verwachten? Voor de hypotheekaktes surfde Hubers naar het Kadaster Online. Adressen van bewindspersonen had hij niet, maar die zijn ook niet nodig. Met de geboortedatum en de naam zocht hij de gegevens bij elkaar – alleen Henk Kamp bleek in Nederland onvindbaar.

“De meeste ministers hebben maar één kadastraal object op hun naam staan. Vervolgens krijg je per object een samenvatting van de gegevens, zoals de koopsom en wanneer het is gekocht.”

Secuur
De Quote-redacteur ging nog een stapje verder: voor de zekerheid liet hij zich een kopie van de hypotheekakten doormailen, voorzien van een handtekening. Want die overzichten zijn leuk, maar je moet zoiets wel heel secuur doen. “Als je op zo’n samenvatting afgaat, kan er ook wel eens een foutje in sluipen.”

Hubers, die vorig jaar de Quote 500 coördineerde, erkent dat de beschikbare informatie ook weer niet alles zegt. “Iemand die op de site reageerde merkte terecht op dat er niet bij staat hoeveel er al is afgelost. Dat klopt, dat weten we ook niet.”

Het resultaat mocht er zijn. Een puik tabelletje met een korte toelichting, samen goed voor een halve pagina in het maartnummer. Volgende klus.

Tot maandagavond 21 februari. Aanvoerder Jan Nagel van de partij 50Plus schoof aan bij het praatprogramma Pauw en Witteman om campagne te voeren tegen het kabinet. Zijn punt: het moet maar eens afgelopen zijn met het oneigenlijk gebruik van de hypotheekrente-aftrek. Hij verwees naar “de nieuwste Quote, die morgen in de winkel ligt”, waarin de hypotheektoppers onder de wetgevende macht werden onthuld. Op de achtergrond bracht een scherm de Bijzaken-bijdrage van Hubers groot in beeld. Minister Melanie Schultz-Verhagen, ook te gast, zat live op nationale televisie naar haar eigen hypotheek te kijken.

Gebeld
Maar hoe wist Nagel dat nou? En hoe kwamen ze bij P&W al aan het blad? Jan Nagel had overdag de redactie gebeld dat hij die avond in P&W zat en graag het onderzoek uit 2010 wilde gebruiken. Een buitenkansje voor de redactie. Die wees hem erop dat de volgende dag de nieuwste Quote in de schappen zou liggen met daarin een kakelvers onderzoekje naar de ministershypotheken. Hoofdredacteur Sjoerd van Stokkum is ’s avonds gauw naar P&W gereden, aldus Hubers.

“Ik had Pauw en Witteman niet gezien. Maar mijn collega’s wel. Toen ik de volgende ochtend op de redactie kwam, hebben we met de webredactie er gelijk wat mee gedaan.” Er werd stante pede een internetversie van de top-11 in elkaar gezet, die aftelde van Maxime Verhagen naar hypotheektopper Ivo Opstelten. Bij gebrek aan eigen foto’s zocht een collega er plaatjes bij via Google Maps. De webredactie voegde met gevoel voor humor nog even de hypotheekgegevens toe van de heer Nagel zelf.

Ook De Telegraaf vond het smakelijke kost en bracht een berichtje prominent op de homepage. “Aanvankelijk zonder dat Quote genoemd werd”, zegt Hubers. “Daar zijn we toen nog achteraan gegaan. Ze zijn niet heel erg royaal in het noemen van de originele bron daar aan de Basisweg. In tweede instantie werden we wel genoemd, ergens onderaan. En uiteindelijk bovenaan het bericht met een linkje naar onze website.”

Ook dat droeg bij aan de belangstelling, en niet een klein beetje. “De server stond te roken”, vertelt Hubers. “De bezoekersaantallen schoten omhoog.”

Geslaagd
Al met al een geslaagd projectje, beaamt de Quote-redacteur. Zeker in verhouding tot de tijd en het geld (geschatte kosten: 100 euro) die erin zitten. Maar om er nou mee te pronken in een aflevering van Dossier Onderzoek? “Ik vind het eigenlijk wel veel eer hoor, dat je mij hiervoor belt.”

Hubers: “Het blijft verbazingwekkend: soms steek je heel veel tijd in iets dat nauwelijks wordt opgepikt, terwijl iets relatief kleins als dit zoveel aandacht oplevert.” Grijnzend: “We zijn Jan Nagel dankbaar.”

Meer lezen? Tijdens het VVOJ Café over financiële journalistiek op 24 januari 2011 sprak Quote-redacteur Martijn de Meulder over zijn onderzoeken naar vermogende Nederlanders en bedrijven.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk