Jaarboek

De vreemde avonturen van Zhe Yun Ye

Overzicht Jaarboek 2006

cover2006Op 6 juli 2005 publiceerde het Vlaamse sportblad Sport/Voetbalmagazine een verhaal over de omzwervingen van een raadselachtige Chinese zakenman, die in Europa noodlijdende voetbalclubs trachtte op te kopen. Voorzichtig wordt een relatie met de gokmaffia gesuggereerd. Uiteindelijk kan het VRT-programma Panorama dat met journalistieke bewijzen staven. Maar de daarop volgende rechtszaken spelen zich af achter gesloten deuren of liggen stil. Nieuwe misstanden liggen in het verschiet, menen de journalisten die het onderzoek hebben gedaan. ‘De deur naar de Chinese gokmaffia staat gewoon nog wagenwijd open.’

Belgische clubs die nog geen Chinees over de vloer kregen, worden steeds schaarser. Zhe Yun Ye, die het voorbije seizoen in ons voetbal probeerde te infiltreren en uiteindelijk met een handvol Belgen in Finland arriveerde, blijkt hier al jaren rond te lopen.

*Sport/Voetbalmagazine, 6 juli 2005*

Door Jan Hauspie en Christian Vandenabeele

Vic Keersmaekers zit met een wrang gevoel. Zoveel geld stak hij als clubvoorzitter al in Verbroedering Geel, dat twee van zijn zonen vinden dat er genoeg familiekapitaal is weggevloeid. (…) In ruil voor één jaar shirtreclame en sportieve medezeggenschap wilde de Chinese weldoener 1 miljoen euro in de club uit tweede klasse investeren. (…) De financiën van Geel zouden in één ruk van min in plus zijn gegaan, waarna de voorzitter er zonder veel gezichtsverlies uit had kunnen stappen. ‘Die kans hebben we nu misschien gemist.’
Het Chinaverhaal van Geel begon op het einde van het kampioenschap met een telefoontje van Pietro Allatta, de makelaar van Silvio Proto, aan Dirk Gijbels, het hoofd van de Geelse sportieve cel. Nadat hij Allatta en Zhe had ontmoet, legde Keersmaekers hun voorstel voor aan de Geelse raad van bestuur. (…)

Zaterdag 14 mei, vlak voor het begin van de eindronde, werd het contract ondertekend in aanwezigheid van meester Marc Swinnen, de Antwerpse raadsman van Zhe. (…) Keersmaekers zegt nooit argwaan te hebben gekoesterd.(…) Bij Dun and Bradstreet, wereldwijd leverancier van bedrijfsinformatie, liet hij het in Parijs gevestigde textielbedrijf natrekken waarvoor Zhe als vertegenwoordiger zegde op te treden. ‘(…) Het antwoord was dat ik me niet direct zorgen hoefde te maken, al moet ik daar aan toevoegen dat het een snel en niet grondig onderzoek was.’

De miserie begon op 1 juni, de dag voor de laatste speeldag van de eindronde. Geel, al uitgeschakeld voor promotie, moest nog naar Antwerp. Na de laatste training sprak Zhe de spelers toe in het stadion. (…) Spelers van wie het contract afliep, zei hij, werden niet meer opgesteld tegen Antwerp. De technische staf en enkele spelers revolteerden. ‘(…) De volgende dag in de namiddag zaten zij al bij ons en hebben we het contract stukgescheurd en in de prullenmand gegooid. (…)’
(…)

Wie is nu die mysterieuze Zhe Yun Ye? Verteld wordt dat hij eerst geprobeerd heeft een club te kopen in Frankrijk en Spanje. Dat zou te duur zijn geweest, waarna hij zijn oog op België liet vallen. Zhe beschikt over een Franse residentiekaart voor de periode 1996-2006. Hij zou van Sjanghai afkomstig zijn, maar officieel in Parijs wonen, waar naar zijn zeggen ook het hoofdhuis is gevestigd van de firma die hij zegt te vertegenwoordigen: Cecilla Bilanci, gespecialiseerd in vrouwenkleding. (…) Ook bij Febeltex, de werkgeversorganisatie van textielbedrijven in België, zijn de man en de firma volslagen onbekend. (…)
Niet ver van Antwerpen ligt Lier en daar, zingt het al maanden in het rond, is het dankzij Chinese centen dat ze hun licentie voor het nieuwe seizoen vast kregen. Helemaal onwaar is dat niet. En of ze er Zhe Yun Ye kennen!

Oktober was het, toen Gaston Vets in de wagen werd opgebeld door een makelaar. (…) De gesprekken met Lierse vonden plaats in een Antwerps hotel. Zhe was meestal alleen en sprak een gebrekkig Frans.(…) Ook enkele spelers van Germinal Beerschot met wie hij goed bekend bleek te zijn, zoals Daniel Cruz (die goede contacten onderhoudt met Bob van Jole, kenner van de Zuid-Amerikaanse spelersmarkt en sinds kort werkzaam bij Cruz’ nieuwe club Lierse) en Mohammed Messoudi liepen in en uit.(…)

Lierse en Zhe, in aanwezigheid van zijn Belgische advocaat, kwamen uiteindelijk tot een akkoord. Met een uitstapclausule én een voorafbetaling voor als hij zijn financiële verplichtingen niet zou kunnen nakomen. Ondertussen had De Nijn hem via zijn advocatennetwerk laten natrekken in China. Uit die informatie bleek dat zijn verhaal niet helemaal klopte. (…)

Zhe ontpopte zich als een groot spelerskenner, al noemde hij hen wel altijd bij hun rugnummer. (…) ‘Hij was enorm fier’, zegt De Nijn (toenmalig clubadvocaat Lierse, red. Jaarboek). ‘(…) Waarschijnlijk was hij een rijkeluiszoontje dat is weggestuurd en wilde bewijzen dat hij ook iets kan. Een gek, volgens mij.’

(…)
Over de reden waarom Lierse toch zo ver meeging met Zhe, moeten Vets en De Nijn niet lang nadenken: ‘Wij waren wanhopig op zoek naar geld. En ploegen die geld nodig hebben, zijn de enige waar zo’n man een kans maakt.’
(…)

Zhe Yun Ye, zo valt zowat overal te horen, maakte zijn entree in het Belgische voetbal via La Louvière. Voorzitter Filippo Gaone moet glimlachen om zoveel eer. ‘Ik heb hem ontmoet in Oostende, in Lierse, op GBA – waar nog ? Een beetje overal, het was echt niet moeilijk om hem tegen het lijf te lopen.’ (…)

De Chinese belangstelling voor ons voetbal, vermoedt Gaone, kadert in hun wereldwijde machtsgreep in alle domeinen. (…)

Gaandeweg begon Zhe ook in de tweede klasse op te duiken. Aan de zijde van Pietro Allatta woonde hij verscheidene wedstrijden van de eindronde bij. Luc Devroe, manager van Roeselare, kreeg voor het eerst telefoon van Allatta in de week van de laatste competitiewedstrijd. ‘Hij zei dat hij de manager van Silvio Proto is en dat hij investeerders van 1 miljoen euro had. (…) Maar ik geloof niet zo in mensen die met 1 miljoen euro staan te zwaaien, ik weet namelijk hoeveel moeite het kost om een shirtsponsor van 200.000 euro te vinden.(…)’

Bij KV Kortrijk hing begin juni Stéphane Pauwels aan de telefoon bij bestuurslid Tony Coorevits. (…)
Ook SK Ronse, stad van textielindustrie op de grens van Henegouwen en West-Vlaanderen, kreeg Chinees bezoek. Volgens clubmanager Yves Van Coppenolle is het zeker twee maanden geleden dat hij er nog van hoorde. (…) Van Coppenolle: ‘(…) Alles bij mekaar zijn het veel woorden voor niks geweest. Luchtkastelen. Maar het is crisis in het voetbal, dus iedereen vliegt erop. (…)’

(…)
En toen dook Zhe Yun Ye plots op in Finland. Al tijdens de eindronde van de tweede klasse, nog voor het contract met Geel was opgeblazen. Binnen de kortste keren bereikte hij een akkoord met AC Allianssi, dat hij liet omvormen in een vennootschap waarvan Olivier Suray, die hij binnenhaalde als sportief directeur, 90 procent van de aandelen in handen heeft. Volgens voorzitter Erkki Alaja bezit de ‘oude’ club de overige 10 procent. (…)

AC Allianssi was niet de eerste club in Finland waar Zhe zich aanbood. Eerder verscheen hij bij Tampere United in het gezelschap van… Gaston Peeters. Peeters staat samen met Bob van Jole in voor de dagelijkse leiding bij Lierse, vanwaar hij Zhe kende. (…)

Bij Tampere United is de clubmanager als de dood om toe te lichten waarom zijn club heel snel besliste om af te zien van samenwerking met Zhe en Peeters. ‘Ik wil beleefd en correct blijven. Wij zijn blij dat er nieuwe mensen in het Finse voetbal willen investeren en dat Allianssi een oplossing vond. Maar voor ons was het geen goed voorstel. Daar wil ik het bij laten.’

KADER
Het gevaar van de gokmaffia
Vorig seizoen deed zich na nieuwjaar in de Belgische competitie het verschijnsel van de zogenaamde B-elftallen voor: ploegen die om niet altijd even duidelijke redenen fel verzwakt aan de aftrap verschenen. Een voetbalkenner met vele jaren beroepservaring bij de gokkantoren Ladbrokes en Bingoal spreekt van ‘de truc met de B-elftallen’. Hij zegt sterke vermoedens te hebben dat hier een in België illegaal gokcircuit achter zit. (…)

Een insider bevestigt ons dat er een gokcircuit bestaat dat door Aziaten wereldwijd wordt georganiseerd. (…) Het systeem werkt een beetje zoals de beurs. (…) Hoe meer er gegokt wordt op een overwinning van de ene ploeg, hoe lager de koers van die ploeg en hoe hoger de koers van de tegenstander.

Wedstrijdmanipulatie door de gokmaffia gebeurt door infiltratie in clubs en/of omkoping van onder andere spelers. Het is big business en het Belgische voetbal is interessant omdat het in crisis is en goedkoper is dan de grote competities. (…)

Dat er Chinezen mee gemoeid zijn, mag geen verbazing wekken. ‘(…)’, zegt iemand op de Belgische ambassade in Peking. ‘De Chinese maatschappij is een amorele maatschappij (buiten zedelijke overwegingen om handelend), wat nog iets anders is dan een immorele (onzedige). Maar het heeft wel tot gevolg dat liegen, valsspelen en kopiëren er niet zo negatief worden bekeken als bij ons.’

TOELICHTING
In het spoor van Zhe Yun Ye

Vertrouwensbanden zijn cruciaal voor een journalist. Zonder kom je niets te weten. Soms, héél soms ontstaat uit zo’n professionele relatie iets wat je, na vele jaren, vriendschap zou kunnen noemen. Winter 2005 kreeg Jan Hauspie van zo’n relatie, een man met een leidinggevende functie in een Belgische voetbalclub, te horen dat er een Chinees probeerde te infiltreren in het Belgische voetbal.

Door Jan Hauspie en Christian Vandenabeele

De man had de informatie van een bevriende collega-clubleider. Hem kende Jan alleen van naam, hij had hem nooit gesproken. De berichten over de Chinees bleven Jan in de vele telefoongesprekken spontaan toestromen. Hij besloot om het initiatief naar zich toe te trekken. Wilde hier een verhaal van komen, dan moest hij de informatie uit eerste hand vernemen. Hij vroeg zijn ‘voetbalvriend’ te bemiddelen. Onder het motto: de vriend van mijn vriend is ook mijn vriend, kwam spoedig het eerste telefonische contact met de bron tot stand. Het was het begin van een intensieve driehoeksverhouding, gebaseerd op twee nogal onvoorwaardelijke vriendschappen. Het zou tot na verschijning van het allereerste artikel duren voor Jan en de bron elkaar ontmoetten. Tegenover hem heeft Jan nooit dezelfde onvoorwaardelijke houding aangenomen als tegenover zijn bevriende contact. Uit de onderlinge contacten bleek alvast dat nergens tegenstrijdige gegevens werden uitgewisseld.

Het werd lente en er werd nu bijna dagelijks getelefoneerd. Woorden als ‘gokken’, ‘maffia’ en ‘gevaarlijk’ vielen. Zinnen ook als: ‘wees voorzichtig’, en: ‘beloof me één zaak: noem nóóit mijn naam’. De bron zat met een groot ei, wilde het kwijt, maar was bang. Ook Jan was op zijn hoede. Hij zocht een klankbord en nam zijn collega Christian in vertrouwen.

Christian had ongeveer een jaar voordien in Egypte toevallig een professionele gokker leren kennen. Deze man, zelf een ex-voetballer, zette zonder verpinken een miljoen oude Belgische frank in op voetbalwedstrijden. En hij voorspelde resultaten van duels die het daarop volgende weekend overal in Europa werden gespeeld: in hoogste afdelingen, maar ook in de tweede klasse. Verdacht, vond Christian, en hij hield het contact nadien warm.
Toen Jan bij hem aanklopte, deed Christian hem zijn Egyptische wedervaren uit de doeken. Bovendien bleek hij via een makelaar ook al vluchtig van de Chinees te hebben gehoord. Hij had er in beide gevallen (nog) niets mee gedaan, wegens te weinig houvast. Plots was dat er nu wel. We sloegen de handen in elkaar. Drie vragen stonden centraal: wie was de Chinees, waarom was hij geïnteresseerd in het Belgische voetbal, en met welke clubs was hij in contact geweest?

We spraken af dat ieder exclusief met zijn eigen informanten in contact zou blijven, om de opgebouwde vertrouwensbanden niet in gevaar te brengen. Christian zou zich verder met de gokcontext bezig houden en ‘zijn’ beroepsgokker opnieuw proberen te ontmoeten. Op een nacht, in een louche Brusselse nachtclub, wijdde die hem in in de geheimen van het via het internet wereldwijd georganiseerde gokcircuit. We legden contacten met Belgische diplomaten – in België, Peking en Shanghai – om inzicht te verwerven in de Aziatische moraal en (gok)cultuur.

Doordeweekse journalistieke truc
Na verloop van tijd waren we, via onze initiële bron, van een tiental clubs zeker dat ze contact hadden gehad met de Chinees of een tussenpersoon. Ook wisten we van enkele spelers dat ze hem hadden ontmoet. Mei-juni 2005 werkte Jan een intensieve telefoonronde af met alle door zijn bron genoemde clubs. Niemand ontkende de contacten. Die gesprekken zouden nadien de basis vormen van het te verschijnen artikel: een reconstructie van de rondgang van de Chinees in het Belgische voetbal. We traden mensen met open vizier tegemoet, maar dan zonder te reppen van maffia opdat ze niet bij voorbaat zouden dichtklappen. Kortom, een doordeweekse journalistieke truc: een beetje onschuldig proberen te klinken.

Van twee clubs, Lierse en Geel, was ondertussen bekend geraakt dat ze een sponsordeal hadden gesloten met wat op dat moment als een gewone, zij het toevallig Chinese, investeerder werd beschouwd – in Geel was hij zelfs de sportieve baas geworden. Vragen werden daar in de media niet bij gesteld en ook de clubs verstrekten weinig commentaar. Door ons geconfronteerd met onze informatie, waren de betrokken clubleiders iets loslippiger. Maar opvallend: niemand scheen nog een businesskaartje of andere coördinaten van de Chinees te hebben. Behalve dat hij uit de textielsector kwam en in Parijs resideerde, wilde/kon niemand veel kwijt. Tot één clubleider uiteindelijk, na herhaaldelijk aandringen, een bedrijfsnaam loste en een telefoonnummer. Maar net als bij de andere telefoonnummers die nadien opdoken, nam daar niemand op. Hij gaf ook de naam van een Belgische advocaat die namens de Chinees zou zijn opgetreden. Deze beloofde dat hij ons in contact zou proberen te brengen met Ye. Hij liet nooit meer van zich horen.

Ook de bedrijfsnaam gaf geen aanknopingspunt. Navraag via Febeltex, de beroepsvereniging van Belgische textielorganisaties, leerde dat de zaak daar onbekend was en ook op het internet leverden de zoektermen ‘Zhe Yun Ye’ en ‘Cecilia Bilanci’ niets op. Contacten met diplomaten en journalisten in China bleven eveneens vruchteloos, op één keer na, toen iemand in Shanghai een schimmig spoor van het bedrijf kon traceren. Opvallend was echter dat het over geen website bleek te beschikken en dus kennelijk geen ruchtbaarheid wenste te geven aan zijn bestaan. Kortom, onze vermoedens werden steeds sterker dat hier iets anders aan de orde was: een dekmantel voor de gokmaffia, bijvoorbeeld.

Twee contacten hadden we strategisch tot het laatst bewaard: met Pietro Allatta en met bondsprocureur René Verstringhe van de Belgische voetbalbond. We wisten dat onze bron met zijn hele verhaal naar Verstringhe was gestapt, dus dat de bond op de hoogte was. Verstringhe praatte onomwonden over een groot gevaar dat ons voetbal bedreigde. Allatta stond bekend als een kleine spelersmakelaar met een maffioos verleden. Uit verscheidene contacten was hij naar voor gekomen als de vertegenwoordiger van de Chinees in België. Hij minimaliseerde alles. Op het eind van het telefoongesprek vroeg hij ons nadrukkelijk om hier niets over te schrijven, of dat anders de ‘goede relatie’ tussen hem en het blad voorgoed verstoord zou zijn. Het was de eerste en enige keer tijdens onze research dat we ons wat bedreigd, of toch minstens geïntimideerd, voelden. Nadien waren we vooral op onze hoede: gezien de reputatie van Allatta en gezien de berichten, toen al, over autoritair en agressief optreden van Ye in de clubs waarmee hij effectief een deal sloot (Geel en Lierse). Maanden later kwamen concrete verhalen naar buiten over fysieke bedreigingen van Ye en zijn entourage tegenover spelers en trainers, zelfs met wapens.

Helemaal op het eind kreeg het verhaal onverwacht een Finse staart. De Chinees bleek zijn pijlen op de Finse club AC Allianssi te hebben gericht. Al gauw achterhaalden we (mede door informatie die ons bereikte via een Belgische voetbalkennis van Jan die toevallig in Finland verbleef en wist van ons onderzoek in België), dat dit contact via een Belgische clubleider tot stand was gekomen. Hem confronteerden we in laatste instantie ook met ons onderzoek, net als de voorzitter van de betrokken club. We legden de opmerkelijke linken bloot tussen de spelers, trainer en sportief directeur die vanuit België mee naar Allianssi waren verhuisd. Orgelpunt waren de van angst doortrokken woorden van de woordvoerder van nog een andere Finse club, waar de Chinees en zijn entourage bleken te zijn voorgesteld. Hij was als de dood om geciteerd te worden. Wat was begonnen als een Belgisch verhaal, eindigde zo ver buiten onze landsgrenzen.

Gemanipuleerde wedstrijden
Het artikel verscheen ongeveer vijf maanden nadat de eerste signalen over Chinese infiltratiepogingen ons hadden bereikt. Het kreeg geen enkele aandacht. Zelfs niet nadat twee dagen later grote opschudding ontstond in Finland toen Allianssi zijn eerste wedstrijd na de Chinees-Belgische overname in duistere omstandigheden met 8-0 verloor. Pas vier maanden later, begin november 2005, toen wij na een tip berichtten dat er voor buitensporig hoge bedragen was gegokt op de wedstrijd Sint-Truiden – La Louvière, rakelden de media het verhaal op. In diezelfde periode bereikte ons vanuit Zuidoost-Europa telefonische informatie over gemanipuleerde wedstrijden in de Belgische competitie. Eén van de informanten was de beroepsgokker die Christian in Egypte had leren kennen. Het schandaal was geboren.

Februari 2006 besteedde de VRT er voor het eerst aandacht aan in een veel besproken reportage. Sport/Voetbal Magazine werd daarin uitvoerig opgevoerd als het eerste medium over het schandaal te hebben bericht. April 2006 werd het artikel bekroond met de Dexia Persprijs. De jury prees de manier waarop we ‘akelig correct’ hadden voorspeld wat later ook daadwerkelijk aan het licht is gekomen.

Het project is een bevredigende (we hebben ons écht journalist gevoeld), mentaal zeer belastende (omgaan met gevaar, delicate informatie en bronnen van divers allooi), maar ook ontnuchterende ervaring geweest. Overal in Europa en in de hele sport, blijken maffiose krachten aan het werk te zijn die de essentie van de sport – eerlijke strijd –ondergraven. Het valt te vrezen dat we het probleem door de ongrijpbaarheid van het world wide web nooit echt onder controle zullen krijgen. Hoe met die wetenschap te functioneren als sportjournalist, is een fundamentele vraag geworden. Meer dan ooit is er nood aan diepgravend onderzoek.

Gerelateerde artikelen

De alweer vijftiende editie van het VVOJ Jaarboek Onderzoeksjournalistiek is vrijdag 6 april gepresenteerd tijdens de Avond van de Onderzoeksjournalistiek in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam. In deze jubileumuitgave een speciaal katern met kleurenfoto’s waarop ANP-fotografen een jaar onderzoeksjournalistiek in beeld brengen.
Voor haar Jaarboek Onderzoeksjournalistiek 2017 zoekt de VVOJ een eindredacteur. Ben jij een ervaren bladenmaker? Heb je een scherpe eindredactionele blik? Ben je lid van de VVOJ en beschik je over de talenten die nodig zijn om een enthousiaste vrijwillige redactie te begeleiden? Lees dan vooral verder.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk