Investigative Reporters and Editors, VVOJs Amerikaanse zusterorganisatie, confereert van 20 t/m 23 juni in San Antonio, Texas. VVOJ-directeur Margo Smit trekt met de verslaggever-schoenen aan door een wirwar van workshops en trainingen, en haalt er enkele hoogtepunten uit. Zaterdag 22 juni kijkt IRE13 vooral over de grens.
When in San Antonio
…act like a tourist. Of tenminste voor tien minuten.
Dus bezoek je The Alamo (Spaans voor ‘cottonwood’), op loopafstand van het conferentiehotel. Het is de voormalige missiepost waar eerst Mexico en later Texas hun onafhankelijkheid bevochten (of dat probeerden). Voor zo’n iconische plek een verrassend klein gebouw (rechts op de foto). Je mag er gratis naar binnen om, zoals de folder zegt, doordrongen te raken van ‘the ultimate sacrifice men made for freedom’. Heilige grond, waar vandaag de dag vooral Davey Crockett mutsen gretig aftrek vinden.
Dat op slechts enkele honderden kilometers van hier nog dagelijks burgers (en zeker ook journalisten) moeten vechten voor hun vrijheid (en het doorlopend verliezen van de drugskartels die hen bedreigen) lijkt de bezoekers van The Alamo niet bezig te houden. IRE13 besteedt er wel aandacht aan, door tijdens de grote conferentielunch een podium te bieden aan een kleine vrouw uit Mexico-City.
Battleground Mexico
Marcela Turati is onderzoeksjournaliste voor het tijdschrift Proceso. Dat ze dat al jaren doet mag op zich een klein wonder heten. ‘In de laatste vijf jaar zijn in Mexico 17 journalisten verdwenen en 72 gedood. Geen van de zaken is opgehelderd,’ begint Turati haar verhaal over de omstandigheden waaronder in de zuiderbuur van Amerika door collega’s gewerkt wordt. Ze richtte met collega’s in 2007 Periodistas de a Pie op, een netwerk van journalisten dat collega’s ondersteunt die verslag doen over armoede, sociale issues en mensenrechten. Juist de collega’s die het meest bedreigd, geïntimideerd en aangevallen worden.
Turati roept de honderden collega’s aan de lunchtafels op niet te vragen wat ze voor de collega’s onder vuur in Mexico kunnen doen. ‘We hoeven geen geld, we willen geen asiel aanvragen in Texas. We willen werken in ons eigen land. Dus doe wat je hier moet doen: maak hier de verhalen over corruptie, wapen- en drugshandel, aan deze kant van de grens. Want alles dat bij ons gebeurt heeft rechtstreeks met jullie hier te maken.’ Na een onthutsend lange rij horrorverhalen over de behandeling van Mexicaanse journalisten besluit ze toch met een oproep: ‘Vergeet ons niet, laat ons niet in de steek.’
Het is dit soort emotionele speeches dat een IRE conferentie onderscheidt van een VVOJ-bijeenkomst. Het zou aan een diner in Zwolle opgeklopt en self serving staan. Maar Amerikanen zijn er goed in, en aansluitend trekken de aanwezigen de beurs om envelopjes op de lunchtafel te vullen met bijdragen aan het runnen van de vereniging. Je kunt het manipulerend vinden, maar een dergelijke speech doet je wel weer beseffen hoe anders de problemen van de meeste aanwezigen hier (en voor hetzelfde geld: van Vlaamse en Nederlandse journalisten) zijn. Wij krijgen doorgaans hooguit een rechtszaak aan de broek.
See you in court
Waarover diverse andere panels zich het hoofd breken. Bottomline: zorg voor een sympathiserende advocaat, houd je baas op de hoogte bij elke stap die je zet, en wees voorbereid op alles. Zoals op de dagelijkse praktijk van tv-verslaggever Tisha Thompson (WRC-Washington DC), die in toenemende mate merkt dat ze zelf gefilmd wordt. Door de voorlichter van degene die ze interviewt, op de mobiele telefoon. ‘Voor het geval dát, zegt zo’n woordvoerder dan. Dus zorg dat je je vragen op orde hebt en je jezelf of je programma niet voor schut zet.’
Over het vooraf inzage geven in stukken of reportages zijn veel onderzoekers hier het eens: doen ze niet. ‘Ik onderhandel hooguit over hoeveel tijd ik nodig heb voor een interview,’ zegt Mark Greenblatt (Scripps). ‘Maar met slachtoffers en bronnen onderhandel ik uitgebreid. Die hebben vaak niet door wat hun bijdrage aan een journalistiek onderzoek inhoudt.’
Brian Collister (KTRK-Houston) vertelt nog een hilarische maar horror-ervaring met een verhaal dat tot op het bot was gescreend door de bedrijfsadvocaat. Het leverde alsnog bijna een rechtszaak op doordat de editor van de promo voor het programma in het ruwe materiaal een stukje video ontdekte dat de uitzending niet had gehaald maar o zo leuk was: de hoofdpersoon van het item vloekend en tierend op de verslaggever. De promo was al gemonteerd, Collister kon hem nog net uit de ether houden. ‘Blijf er dus altijd bij,’ waarschuwt hij, ‘zelfs bij het bedenken van de kop boven je artikel!’
Altijd voorbereid op een scheiding
Het houden van ultieme controle over je materiaal is wat internationale samenwerking tussen journalisten zo moeilijk en dus zo zeldzaam maakt. Want dat is wat je mogelijk (en waarschijnlijk) inlevert, waarschuwen de deelnemers aan een panel over cross border onderzoek. Controle opgeven en leren delen en vertrouwen, het is contra-intuitief voor journalisten, zeggen Rob Cribb (Toronto Star) en Juan Tamayo (El Nuevo Herald, Miami). Ze maakten samen een serie verhalen over Canadese sekstoeristen op jacht naar jonge meisjes in Cuba.
Bij de start maakten ze duidelijke afspraken over hun samenwerking, vertelt Cribb. ‘Doe dat altijd, maak een soort ‘pre nup’ (pre-nuptial, de Amerikaanse naam voor huwelijkse voorwaarden), want een scheiding ligt altijd op de loer. Wie publiceert wanneer? Wie krijgt wat aan informatie? En wie houdt welke rechten op het verhaal of bepaalde gevoelige informatie als het toch misgaat? Bedenk het van te voren en spreek het ook uit, dat scheelt ruzie en moddergooien achteraf.’
Maar dat internationaal samenwerken loont (Cribb: ‘Het maakt je verhalen beter, dieper en rijker. Alsof je van 2D naar 3D gaat!’) bewijst het OffshoreLeaks project van ICIJ. Marina Walker Guevara coördineerde het project vanaf de kleine redactie in Washington en zag het groeien van tien verslaggevers tot een onthutsend aantal van 122 in 58 landen nu.
Cruciaal voor het succes was het vertrouwen in de lokale verslaggevers. ‘The global story was just as good as the local stories were,’ zegt Walker Guevara. ‘We zochten niet naar de grootste media in de diverse landen maar naar de beste, meest geduldige reporters. Data zijn intimiderend, we zochten kennis en doorzettingsvermogen. Plus goede mensen die per regio de verhalen coördineerden, een veilig platform om op te samen te werken en de bereidheid om voor elkaar het vuile werk te doen.’
Zo haalden verslaggevers in Washington quotes en commentaar bij overheden en banken in landen waar de lokale verslaggevers tot op het laatst ‘in de luwte’ moesten werken om niet in de problemen te komen, zoals Griekenland of Pakistan. Het leverde een historische output op: meer dan 13.000 verhalen en verwijzingen in de media wereldwijd. The rest is history, zeggen de Amerikanen dan. Hedendaagse historie, misschien onder journalisten ooit zo beroemd als Davey Crockett en The Alamo.