Datajournalistiek is geen hype. Ze is aan haar derde wedergeboorte bezig. Dit zei Brant Houston (College of Media, University of Illinois) op 24 maart 2012 tijdens de opening van een conferentie over datajournalistiek in Hamburg.
‘Actually, our future is so bright, that we need shades!’
door Luuk Sengers
Hamburg – Vastberaden en geroutineerd wandelde Houston (John S. and James L. Knight Foundation Chair in Investigative and Enterprise Reporting at the University of Illinois) vanmorgen 120 Duitse journalisten door het ABC van de datajournalistiek. “Ik las laatst ergens dat data hun intrede deden in de journalistiek in 2001. Mmm. Volgens mij bestaat het al wat langer. Ik ben zelf in de jaren tachtig met data analyse begonnen, en toen waren anderen er al lang mee bezig. De eerste journalist die data gebruikte voor zijn verhalen, was Philip Meyer, in 1969.”
In de jaren negentig kreeg datajournalistiek opnieuw belangstelling door de introductie van het wereldwijde web (in 1994) en Google (in 1998). Nu beleven we een derde golf. “Internet, spreadsheets en databasemanagers zijn al lang niet meer bijzonder. Ze behoren tot de standaard uitrusting van de moderne journalist – of zouden dat moeten doen. We kijken nu naar maps, charts, social network analysis, sentiment analysis en text mining.”
Datajournalistiek heeft ook al twee naamsveranderingen achter de rug. Begonnen als “precision journalism” (geïntroduceerd door Phil Meyer), in de jaren negentig veranderd in “Computer-Assisted Reporting” (CAR) en recent opnieuw omgedoopt tot “datajournalistiek”. Maar wat doet het er toe, aldus Houston. “It all comes down to journalists working with data and trying not to screw up.”
Wat dat laatste betreft: als auteur van het IRE-handboek over datajournalistiek (“Computer-Assisted Reporting”) en als docent onderzoeksjournalistiek aan het College of Media in Illinois weet Houston als geen ander wat de valkuilen zijn van het werken met data. Hij raakte in zijn keynote speech aan enkele:
* Alle datasets bevatten fouten en zijn incompleet. Ze zijn door mensenhanden ingevoerd. Dus we moeten alle datasets checken en eerlijk vertellen aan onze lezers dat er nog steeds fouten in kunnen schuilen.
* Alle database management programma’s hebben hun eigenaardigheden. Analyseer data daarom met verschillende programma’s en vergelijk de resultaten. “Je bouwt een verhaal toch ook niet op één enkel interview?”
* Combineer data analyse altijd met ouderwetse verslaggeving. “Investigative journalism is a combination of lab and field work.”
* Gooi oude schoenen niet weg. Behoud oude versies van databaseprogramma’s als je er prettig mee werkt. Je hoeft niet alles wat nieuw is onmiddellijk te adopteren. “Of is hier iemand die Windows 7 beter vindt dan oudere versies?”
Als de bezoekers aan de conferentie even later geriefelijkheid zoeken in de maartse zon, op het dek voor de ingang van het markante hoofdkantoor van uitgeverij Grüner + Jahr, met uitzicht over de Hamburgse havens, galmt een waarschuwing van Houston nog na: “The joke is on us, for we live in a data driven world.”
Zie ook de korte video-impressie van Henk van Ess.