De openbaarheid van de overheid laat veel te wensen over, vindt Nationale Ombudsman Alex Brenninkmeijer. Hij stoort zich aan de manier waarop de Wet Openbaarheid van Bestuur wordt toegepast. Die wet is in 1980 ingesteld om burgers veel ruimere toegang te geven tot overheidsdocumenten. Maar die toegang is sindsdien eerder verkleind dan vergroot, constateert Brenninkmeijer.
door Frits Bloemendaal, GPD
Wat is er misgegaan?
‘De WOB is gewoon een instructie juridische oorlogsvoering over openbaarheid geworden. Als het erop aankomt, leidt de overheid burgers en journalisten een juridische jungle in. Het kost jaren om daar doorheen te komen, en daarna heeft het nauwelijks zin meer dat het naar buiten komt. Daarom zeg ik: schaf de WOB af en kom met een ander regime, gebaseerd op het uitgangspunt van burgerschap. Het is voor het
vertrouwen in de democratische rechtsstaat essentieel dat de overheid actief informatie verstrekt. Burgers weten bij de overheid vaak niet waar ze aan toe zijn. Daarom kom ik later dit jaar met een advies over dit onderwerp. Ik probeer middelen te vinden om de verhouding tussen overheid en burger soepeler te maken, en te bouwen aan vertrouwen.’
Hoe verklaart u het gebrek aan openbaarheid?
‘In de eerste plaats zie je dat de overheid stelselmatig de neiging heeft zich te sluiten als een oesterschelp: er mag niets naar buiten komen. Als tweede – dat zie je vooral in het Haagse – is er de houding dat bewindspersonen uit de wind moeten worden gehouden. Dat is iets wat een eigen leven gaat leiden. Soms verzucht een bewindspersoon dat hij het vervelend vindt als iets naar buiten komt, omdat hij er last van kan krijgen. Ik zeg dat het juist in het belang van de democratie is, dat het naar buiten komt. Maar als zo’n bewindspersoon het niet wil, gaat een hele batterij juristen in de WOB graven naar gronden om het niet naar buiten te brengen. Vervolgens wordt daar jaren juridisch over
gesteggeld en moet het na al die jaren alsnog openbaar worden gemaakt.’
De burger hoeft toch niet alles te weten, zullen ze bij de overheid zeggen.
‘De burger moet wél alles weten.’
Geldt dat ook voor notulen van beleidsvergaderingen van ambtenaren?
‘Ja. Je moet kunnen zien op grond van welke afwegingen en argumenten een besluit tot stand is gekomen.’
Moeten dan ook de notulen van de ministerraad openbaar worden?
‘Hmmm. Interessant is dat. Ik zou daar misschien nog even over moeten nadenken. Laat ik het zo zeggen: voor doorsnee besluitvorming zou ik daar zeker voor zijn.’
Wat is doorsnee besluitvorming?
‘Bijvoorbeeld of een wet naar de Tweede Kamer moet worden gestuurd, of bij bepaalde investeringen door de overheid. Maar niet bij onderwerpen waarbij veiligheid een rol speelt, bijvoorbeeld de vraag of je troepen moet sturen, of waar privacy in het geding is. Maar in principe kan ik me openbaarheid ook voor ministerraadsstukken voorstellen.’