Cafe, VVOJ Activiteiten, VVOJ Vereniging, Woo

Verslag VVOJ Café XL: Hoe ziet jouw VVOJ eruit?

Zo’n vijftig betrokken VVOJ-leden – allemaal uit Nederland – kwamen maandagavond 12 januari in Amsterdam bij elkaar om zich tijdens een speciaal VVOJ Café uit te spreken over de toekomst van de club. Welke activiteiten zijn belangrijk voor de vereniging? Waarop moet de VVOJ zich vooral richten? Een samenvatting aan de hand van opvattingen en reacties.

door Arno Kersten

Robert Sikkes vat de enquête-resultaten, die je hier kunt nalezen, samen (een uitgebreide samenvatting vind je hier).

Miro Lucassen levert een bijdrage met een persoonlijke Miro Lucassen column 12.1.2015.

Reacties/opvattingen tijdens de discussie die volgt:

“Er zijn verschillen in wat leden als leerzaam beschouwen. Ik zou wel wat meer aandacht voor de ethische kant van ons beroep willen hebben.”

“Het fenomeen onderzoeksjournalistiek verdient in de regio veel meer aandacht. We moeten het meer bekendheid geven, bijvoorbeeld door contacten met hoofdredacteuren.

“De inspiratie die je op de conferenties opdoet, vind ik het sterkste element. Van daaruit ga je verder. Van mij kan het congres in grote lijnen zo doorgaan. Wat bijsturen op details, maar vooral niet te veel veranderen. Collega’s zien, een training meepikken en inspiratie opdoen.”

“Van buitenlandse collega’s hoor ik vaak dat onze conferenties zo retegoed georganiseerd zijn.”

“De conferentie gaat voor mij om het ontmoeten van collega’s. Het was voor mij een hele grote stap van de opleiding journalistiek naar de praktijk. Ik liep tegen vragen aan zoals: hoe ga je om met hoor en wederhoor in de praktijk, of met inzage. Door met ervaren collega’s over het vak te praten heb ik veel geleerd.”

“Het wordt wel eens gedaan of ouderen verder zijn in onderzoeksjournalistiek dan jongeren, maar het is ook andersom. Ik denk dat heel vaak jongere journalisten iets aan oudere kunnen leren.”

“We hebben de afgelopen jaren veel gedaan aan verbreding van onderzoeksjournalistiek, maar er zijn nog nieuwe groepen die we erbij kunnen betrekken. Denk aan popjournalistiek of kunstjournalistiek.”

“Ik constateer dat er vanavond niemand uit Vlaanderen aanwezig is. Dat onderstreept wat ik de Vlaamse kwestie noem: moeten we nog wel een Nederlands-Vlaamse vereniging blijven?”

“Het is jammer dat er vanavond geen Vlamingen aanwezig zijn. Maar ik zou Vlaanderen er graag bij willen houden. Al was het maar omdat een flink deel van de media in Nederland inmiddels in handen is van Vlaamse mediahuizen. Maar echt: we kunnen nog steeds van elkaar leren. Er kunnen wat mij betreft ook nog steeds om het jaar conferenties in België worden gehouden.”

“Voor dataworkshops zijn de sessies op de conferentie eigenlijk te kort. En verder zou ik willen voorstellen om de conferenties op vaste locaties te houden, eentje in Nederland en eentje in Vlaanderen, bijvoorbeeld Utrcht en Antwerpen.

“Behoefte aan scholing staat op nummer één in de enquête, dat moet centraal staan op de conferentie.”

“We zouden vaker per jaar trainingsdagen moeten organiseren rond gerichte thema’s, zoals de Wet Openbaarheid van Bestuur of datajournalistiek.”

“Ik pleit voor meer sessies met ‘maakverhalen’ op de conferentie. De praktijkvoorbeelden zoals ze in het jaarboek staan, die zijn altijd erg inspirerend en leerzaam. Die maakverhalen mogen van mij een nog prominentere plek krijgen in het conferentieprogramma.”

“Zodra de inschrijving van de conferentie van start gaat, moet het programma rond zijn. Als ik me aanmeld voor de vroegboekkorting, heb ik nog geen idee waar ik voor kies. Dat is bizar en op geen enkele andere conferentie zo. Daarnaast ben ik voorstander van meer expertsessies, zoals we die hebben gehad met de curatoren, met Paul Schnabel. En meer oog voor vakethiek.

“Ik ben geen journalist, maar historicus. Er zijn veel raakvlakken. Je zou als vereniging de deur kunnen open zetten voor beroepsgroepen waarmee onderzoeksjournalistiek veel gemeen heeft. Ik had zelf graag VVOJ-lid willen zijn toen ik een aantal boeken schreef.”

“Ik zou oppassen de drempel te veel te verhogen door de contributie te verhogen. Vooral bij freelancers weegt een financiële drempel mee. Ik ken verschillende freelancers die vanwege de kosten niet naar de conferentie zijn gegaan.” (NB: freelancers kunnen conferentiekosten wel aftrekken als scholingskosten)

“Ik mag altijd gratis naar de conferentie omdat ik vrijwilligerswerk doe. Dat geldt ook voor een boel andere mensen. Dat moet anders, als we de kosten meer willen beheersen.”

“Ik begrijp uit de enquête dat leden ‘lobby’ niet zo hoog zetten in de prioriteiten, maar er zit wel een ratio achter die activiteit. Sponsors willen effect zien van hun bijdrage, dat betekent dat we als vereniging zichtbaar moeten zijn.”

“In het ODS-rapport is geen focus aangebracht bij het begrip lobby. Lobby voor sponsorgelden is iets anders dan lobby voor een betere WOB, en dat is weer iets anders dan lobbyen bij hoofdredacties voor meer ruimte voor onderzoeksjournalistiek. Het zijn verschillende dingen, maar het wordt in het rapport allemaal op één hoop gegooid.”

“Ik denk dat wij als vereniging veel meer bereikt hebben dan we soms denken. Af en toe moet je je even bezinnen op wat je hebt bereikt.”

“Is de VVOJ ons die 3 euro 33 per maand waard die het ons nu kost, of hebben we er meer voor over? Hoe houden we de financiën op orde? We moeten meer op eigen benen zien te staan en losser van sponsoring.”

“Hoe vinden we financiering, is een belangrijke vraag. In het ODS-rapport is onvoldoende oog voor het feit dat we een vrijwilligersorganisatie zijn. De contributie verhogen is klein bier, dat levert maar een paar duizend euro extra op per jaar. We moeten het in een andere hoek zoeken. Er zijn vermogende personen die bezorgd zijn en begaan met onderzoeksjournalistiek.”

“Het is een illusie om te denken dat de VVOJ de eigen broek kan ophouden zonder sponsors. We zullen altijd sponsors nodig hebben.”

“De VVOJ is opgericht als een vereniging vóór en dóór journalisten. Wij doen ons werk niet voor sponsors. Bijdragen van sponsors zijn meegenomen, maar we moeten het primair van onze eigen beroepsgroep hebben. In sommige landen, als zo’n conferentie in een bepaalde stad werd gehouden, stelde de krant aldaar een redacteur beschikbaar voor een halve dag in de week om te helpen met de organisatie.”

“Wat we beslist niet moeten doen, is alle voorstellen gelijk in de praktijk brengen. Want dan is het nieuwe bestuur al verzopen voordat ze begonnen is. Besturen is keuzes maken en dus ook besluiten wat we niét gaan doen. In het kader van fondsenwerving zou ik me kunnen voorstellen dat we als vereniging een lijst willen samenstellen van álle potentiële fondsen waarop de VVOJ een beroep zou kunnen doen. Dan moet je daar ook enige tijd en geld voor alloceren. De contributie mag van mij naar 123,12 euro. Zo’n gek bedrag suggereert dat er heel lang over is nagedacht. Je zou zo hoog moeten gaan zitten dat net niet teveel leden weglopen. De beste blijk van waardering voor de activiteiten van de VVOJ is door dat sympathieke tientje per maand te betalen.”

“Ik heb nog een suggestie voor de fondsenwerving. Advocaten verdienen zoveel aan ons dankzij alle juridische strijd rond publicaties dat er vast wel advocaten zijn die ons financieel een beetje willen steunen.”

Gerelateerde artikelen

Ministeries doen steeds langer over de behandeling van een Woo-verzoek. De Wet open overheid schrijft voor dat iemand die een informatieverzoek doet, binnen 42 dagen een besluit moet ontvangen. Het afgelopen jaar duurde het gemiddeld 172 dagen voor er een besluit was genomen, waar dat in 2022 nog 167 dagen was. Slechts in 17 procent van de verzoeken wordt een besluit tijdig genomen. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van Open State Foundation, Instituut Maatschappelijk Innovatie en de Universiteit van Amsterdam.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk